Begin je presentatie met een sterke INTRO

 Een handig hulpmiddel hierbij is het woord INTRO. Elke letter van dit woord staat voor een tip die je kan gebruiken voor een sterke introductie. Klaar? Daar gaan we!

 

IJSBREKER

Als je voor een publiek gaat staan, is er een spanning te voelen. Van jou naar het publiek toe (gaan ze willen luisteren, ga ik geen fouten maken, zullen ze moeilijke vragen stellen?), maar evengoed omgekeerd (gaat dit lang duren, wat heb ik hieraan, is dit een goede spreker?).

Die spanning doorbreek je best meteen. Daarvoor dient de ijsbreker. En het ijs kan je breken met dingen zoals een anekdote, humor, een persoonlijk verhaal, een quote ...

Het belangrijkste is dat je bij de start van je presentatie origineel en verrassend bent. Vermijd alle clichés. Zinnetjes als ‘Ik ga u iets vertellen over…’ of ‘Mijn naam is Jan Janssen, ik woon in Kruishoutem en werk bij de NMBS’ of ‘Geachte aanwezigen, het is een bijzondere eer om hier vandaag uitgenodigd te zijn’ laat je beter achterwege. Die clichés heeft het publiek al ontelbare keren gehoord waardoor men meteen veronderstelt dat je presentatie net zo slaapverwekkend zal zijn als die andere saaie presentaties.

NOODZAAK

Belangrijk is ook om bij de inleiding aan te geven dat je gaat inspelen op de verlangens van je publiek. Je toehoorders stellen zich vanaf de eerste seconde de vraag: “What’s in it for me?”. Het is jouw taak om daarop te antwoorden, van bij het begin. Je doet dus een belofte aan je toehoorders: “Als u straks hier buiten gaat, dan zal u alles weten over...”

Waarom moeten ze deze presentatie zeker volgen? Wat is de reden dat jouw presentatie voor het publiek interessant zal zijn? Denk daar goed over na en verwerk dit in je inleiding. Op deze manier wek je de interesse bij je publiek en zitten ze gegarandeerd op het puntje van hun stoel.

TIMING

Als spreker ben jij de leider, jij hebt de teugels in handen, jij bepaalt dus ook de tijdsindeling of de timing. Geef aan het begin kort aan hoelang je gaat spreken. Je neemt je publiek bij de hand en gaat samen op weg voor een bepaalde duur. Dat kan in een korte toespeling gebeuren: vb. “In de volgende vijftien minuten geef ik u het antwoord op de vraag waar u al lang mee zit” of “Laten we in het volgende half uur samen eens gaan kijken naar een paar alternatieven voor dit probleem.”

REGELS

Het aangeven van de regels hangt daar nauw mee samen: jij geeft aan welke spelregels de groep zal volgen. Je kan iets zeggen over telefoons of laptops, maar belangrijker is dat je afspreekt hoe je met vragen uit het publiek omgaat. Mogen ze je onderbreken of heb je liever dat alle vragen aan het einde komen? Laat het weten, jij bepaalt het verloop, jij bent de regisseur van de tijd die het publiek samen met jou gaat doorbrengen.

0 SLIDES

De O van INTRO blijkt een cijfer te zijn: nul. Dit betekent geen slides tijdens je inleiding. Een lichtgevend scherm vraagt zoveel aandacht dat je publiiek zich nooit helemaal op jou zal focussen. Denk maar aan een televisiescherm dat ergens in een lawaaierig café of restaurant hangt. Ook al wil je het niet, toch zal je kijken. Een scherm zuigt aandacht, terwijl jij bij het begin van je presentatie alle aandacht verdient.

Een manier om dat op te vangen, is door naar een zwart scherm te gaan. Een sterke tip: als je slideshow in de presentatiemodus staat en je drukt op de B-toets (de Z-toets voor Nederlandse versies, N-toets voor de Franstalige toetsenborden), dan wordt je scherm automatisch zwart.

Erg handig als je even wil uitweiden over een onderwerp, en je wil niet dat mensen afgeleid worden door wat er nog op het scherm staat. Een druk op eender welke toets brengt je scherm weer terug naar de presentatie.

 Bekijk ook deze video:

 Meer info: Speken voor een groep - Presentatietechnieken